U kunt een snelkoppelingsnummer toewijzen aan één faxnummer of een groep met faxnummers.
Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
- Controleer het IP-adres in het gedeelte TCP/IP van het menu Netwerk/poorten. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
- Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
Klik op Instellingen > Snelkoppelingen beheren > Instellingen faxsnelkoppeling.
Opmerking: Mogelijk moet u een wachtwoord opgeven. Vraag uw systeembeheerder om een gebruikers-id en een wachtwoord als u deze nog niet hebt.
Typ een naam voor de snelkoppeling en geef het faxnummer op.
Opmerkingen:
- Als u een snelkoppeling voor meerdere nummers wilt maken, moet u de faxnummers voor die groep opgeven.
- afzonderlijke faxnummers moet u met een puntkomma (;) van elkaar te scheiden.
Wijs een snelkoppelingsnummer toe.
Opmerking: Als u een nummer invoert dat al in gebruik is, wordt u gevraagd een ander nummer te kiezen.
Klik op Toevoegen.