Open een webbrowser en typ het IP-adres van de printer in de adresbalk.
Opmerkingen:
- Controleer het IP-adres van de printer op het startscherm van de printer. Het IP-adres bestaat uit vier sets met cijfers gescheiden door punten, bijvoorbeeld: 123.123.123.123.
- Als u een proxyserver gebruikt, moet u deze tijdelijk uitschakelen zodat de webpagina correct kan worden geladen.
Klik op Scanprofiel > Scanprofiel maken.
Selecteer de scaninstellingen en klik op Volgende.
Selecteer een locatie op uw computer waar u de gescande afbeelding wilt opslaan.
Typ een scannaam en een gebruikersnaam.
Opmerking: De scannaam is de naam die wordt weergegeven in de lijst Scanprofiel op de display.
Klik op Verzenden.
Opmerking: Wanneer u op Verzenden klikt, wordt er automatisch een snelkoppelingsnummer toegewezen. Als u klaar bent om uw documenten te scannen, kunt u dit snelkoppelingsnummer gebruiken.
Bekijk de aanwijzingen op het scherm Scanprofiel.
Plaats een origineel document met de bedrukte zijde naar boven en de korte zijde als eerste in de ADF-lade of met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Opmerkingen:
- Plaats geen briefkaarten, foto's, kleine voorwerpen, transparanten, fotopapier of dun materiaal (zoals knipsels uit tijdschriften) in de ADI. Plaats deze items op de glasplaat.
- Het lampje van de ADI gaat branden wanneer het papier correct is geplaatst.
Als u een document in de ADF-lade plaatst, dient u de papiergeleiders aan te passen.
Voer een van de volgende handelingen uit:
Bekijk het bestand op de computer.
Opmerking: Het uitvoerbestand wordt opgeslagen op de locatie die u hebt opgegeven of wordt geopend in het programma dat u hebt ingesteld.