Skip to Content Information Center
Lexmark Cloud Services

Lexmark Cloud Services

Gebruikers beheren

  1. Klik in de Account Management-webportal op Gebruikers.

  2. Doe een van het volgende:

      Een gebruiker maken

    1. Klik op Gebruiker maken of Maken.

    2. Typ het e-mailadres, de voornaam, de achternaam en de weergavenaam van de user.

    3. Typ de naam van de afdeling en kostenplaats waartoe de gebruiker behoort.

    4. Stel het wachtwoord handmatig in of e-mail een koppeling naar de user om het wachtwoord te wijzigen.

    5. Klik op Gebruiker maken.

      Een gebruiker wijzigen

    1. Klik op een e-mailadres van een user.

    2. Doe een van het volgende:

      • Bewerk de persoonlijke gegevens.
      • Wijzig het gebruikerswachtwoord.
      • Gebruikersrollen toewijzen.
      • Registreer een badge.
      • Klik in het gedeelte Printeraanmelding op Bewerken naast Badge-aanmelding.
      • Voeg de gebruiker toe aan een groep.
      • Stel de pincode van de gebruiker in.
        1. Opmerking:  Deze instelling is alleen beschikbaar wanneer de printermelding is ingesteld op Aanmelden met Pincode of Badge+ pincode als tweede factor. Het maken van pincodes moet worden ingesteld als Administrator handmatig instellen.

        2. Klik in het gedeelte Printeraanmelding op PIN instellen of PIN opnieuw instellen.

        3. Voer de pincode in en klik op PIN genereren.

      Gebruikers verwijderen

    1. Selecteer een of meer gebruikers en klik vervolgens op Verwijderen.

      Opmerkingen:

      • U kunt ook zoeken naar gebruikers met behulp van de zoekbalk.
      • De activiteiten van een verwijderde user worden nog steeds weergegeven in de Analytics-webportal, maar de naam en het e-mailadres worden verwijderd uit alle rapporten.
    2. Klik op Gebruikers verwijderen.

      Gebruikers importeren

      Met de functie Importeren kunt u meerdere gebruikers in een organisatie maken, bijwerken en verwijderen met behulp van een CSV- of TXT-bestand. U kunt ook gebruikersgroepen maken en vervolgens een gebruiker aan die groepen toewijzen.

    1. Klik op Gebruikers importeren of Importeren en blader vervolgens naar het CSV- of TXT-bestand.

    2. E-mail zo nodig een koppeling naar de user om het wachtwoord te wijzigen.

    3. Klik op Gebruikers importeren.

    Opmerking:  Het importlogbestand wordt verzonden naar uw e-mailadres.

Voorbeeld van een CSV-indeling

EMAIL,OPERATION,PASSWORD,FIRST_NAME,LAST_NAME,DISPLAY_NAME,SHORTNAME,GROUPS, CUSTOM_ATTRIBUTES,COST_CENTER,DEPARTMENT jdoe@company.com,CREATE,,John,Doe,Johnny,jdoe,Group 1,"{'key1':'value1','key2':'value2'}" llane@company.com,UPDATE,password2,Lois,Lane,Lois,llane,, ckent@company.com,DELETE,,,,,,,

De kopregel van het importbestand moet er als volgt uitzien en is hoofdlettergevoelig: EMAIL,OPERATION,PASSWORD,FIRST_NAME,LAST_NAME,DISPLAY_NAME,SHORTNAME,GROUPS, CUSTOM_ATTRIBUTES,COST_CENTER,DEPARTMENT.

Regelwaarden en hun voorwaarden

  • EMAIL: vereist voor alle gebruikers. Voordat de bewerking wordt uitgevoerd, worden EMAIL-waarden die in hoofdletters in het bestand staan omgezet in kleine letters. Bijvoorbeeld: JJANSEN@bedrijf.com wordt geconverteerd naar jjansen@bedrijf.com.
  • OPERATION: vereist voor alle gebruikers.
  • Geldige OPERATION-waarden

    • CREATE: hiermee maakt u een gebruiker die wordt aangeduid met de EMAIL-waarde met de corresponderende eigenschappen op de regel.
    • UPDATE: hiermee updatet u de bestaande gebruiker die wordt aangeduid met de EMAIL-waarde met de corresponderende eigenschappen op de regel. U kunt de actietekenreeks [delete] gebruiken om de voornaam, achternaam, weergavenaam en verkorte naam te verwijderen.
    • DELETE: hiermee verwijdert u de bestaande gebruiker die wordt aangeduid met de EMAIL-waarde.
  • PASSWORD: niet vereist voor een OPERATION en kan alleen leeg zijn als de optie "E-mail een koppeling om het wachtwoord te wijzigen" tijdens het importeren is geselecteerd.
  • Opmerking:  Schakel de optie "E-mail een koppeling om het wachtwoord te wijzigen" alleen in tijdens het importeren van bestanden met de bewerking CREATE.

  • FIRST_NAME: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De voornaam van de gebruiker. Bijvoorbeeld: Jan.
  • LAST_NAME: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De achternaam van de gebruiker. Bijvoorbeeld: Jansen.
  • DISPLAY_NAME: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De naam van de gebruiker die wordt soms gebruikt in weergavemeldingen of lograpporten. De DISPLAY_NAME kan de volledige naam zijn met tweede voorletter of een andere string. Bijvoorbeeld: Jan A. Jansen De DISPLAY_NAME is niet direct gekoppeld aan de FIRST_NAME en LAST_NAME.
  • SHORTNAME: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De SHORTNAME wordt gebruikt wanneer een organisatie gebruik maakt van een afgekorte naam waarmee ook de gebruiker in de organisatie wordt aangeduid. Bijvoorbeeld: jjansen.
  • GROUPS: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. Scheid meerdere groepen met behulp van een komma en begin en eindig met dubbele aanhalingstekens. Bijvoorbeeld: "Groep1,Groep2,Groep3". GROUPS die niet in de organisatie bestaan, worden gemaakt en daarna automatisch toegevoegd aan de organisatie.
  • Opmerking:  Een groepsnaam mag niet de volgende tekens bevatten: ! @ # $ % ^ & * ; + ? / \ [ ]. Als deze tekens zijn gebruikt, worden ze vervangen door een onderstrepingsteken (_).

  • CUSTOM_ATTRIBUTES: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. CUSTOM_ATTRIBUTES is een speciaal ingedeelde JSON-string voor gebruikersmetagegevens die wordt opgeslagen met de gebruiker. De waarde moet tussen dubbele aanhalingstekens staan. Bijvoorbeeld, "{'key1':'value1','key2':'value2'}"
  • COST_CENTER: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De waarde COST_CENTER wordt gebruikt voor quotumtoewijzingen en rapportage op kostenplaatsniveau in de Analytics-webportal.
  • DEPARTMENT: niet vereist voor een OPERATION en kan leeg zijn. De waarde DEPARTMENT wordt gebruikt voor quotumtoewijzingen en rapportage op afdelingsniveau in de Analytics-webportal.

Opmerkingen:

  • Alle regels moeten hetzelfde aantal waarden en komma's als de kopregel hebben. Volg lege waarden met komma's. Bijvoorbeeld: jjansen@bedrijf.nl,DELETE,,,,,,
  • Het bestand mag niet groter zijn dan 1 MB.
  • Een bestand importeren met de bewerkingen CREATE en UPDATE met meer dan een groepstoewijzing kan enkele minuten duren.
  • Als een regelwaarde een komma bevat, zoals bij namen, wachtwoorden, groepen of aangepaste attributen, dan moet de waarde tussen dubbele aanhalingstekens staan. Bijvoorbeeld: llamers@bedrijf.nl,UPDATE,"wachtwoord2",Loes,Lamers,"Loes,Lamers",llamers,"Groep1,Groep2",
Was dit artikel nuttig?
Top