| De identiteit van de printer opgeven. De maximale lengte is 32 tekens. |
| Geef de locatie van de printer op. De maximale lengte is 63 tekens. |
| Geef de contactgegevens op voor de printer. De maximale lengte is 63 tekens. |
| De firmwareversie weergeven die op de printer is geïnstalleerd. |
| Toont het enginenummer van de printer. |
| Toont het serienummer van de printer. |
| Het configuratiebestand exporteren naar een flashstation. |
| De gecomprimeerde logbestanden exporteren naar een flashstation. |
| Logboekinformatie van de printer naar Lexmark verzenden. |