Lexmark MX811
Soort origineel
De inhoud van het originele document opgeven.
Opmerking: "Tekst/foto" is de standaardinstelling.
Inhoudsbron
Opgeven hoe het originele document is geproduceerd.
Opmerking: Zwart-wit laser is de standaardinstelling.
Zijden (duplex)
Opgeven of een origineel document dubbelzijdig (duplex) of enkelzijdig is bedrukt en vervolgens instellen of dit dubbelzijdig of enkelzijdig moet worden gekopieerd.
Opmerkingen:
Papierbesparing
Twee of vier vellen van een document kopiëren op één pagina.
Opmerking: "Uit" is de standaardinstelling.
Paginaranden afdruk.
Opgeven of er een rand wordt afgedrukt.
Sorteren
De pagina's van een afdruktaak op volgorde houden bij het afdrukken van meerdere exemplaren.
Opmerking: “(1,2,3) (1,2,3)” is de standaardinstelling.
Perforeren
Hiermee kunt u bepalen welke type perforatie wordt gebruikt voor een afdruk- of kopieertaak.
Opmerking: Uit is de standaardinstelling.
Nieten
De nietjesfinisher in- of uitschakelen.
Origineel formaat
Het papierformaat van het originele document opgeven.
Kopiëren naar bron
De papierbron voor kopieertaken opgeven.
Opmerking: Lade 1 is de standaardinstelling.
Scheidingsvellen transparanten
Een vel papier tussen transparanten plaatsen.
Opmerking: Aan is de standaardinstelling.
Scheidingsvellen
Een vel papier tussen pagina's, kopieën of taken plaatsen.
Bron scheidingsblad
De papierbron voor het scheidingsvel opgeven.
Intensiteit
De afdruk van de kopie donkerder of lichter maken.
Opmerking: 5 is de standaardinstelling.
Uitvoerlade
De uitvoerlade voor de kopieertaak opgeven.
Aantal exemplaren
Het aantal exemplaren voor de kopieertaak opgeven.
Opmerking: 1 is de standaardinstelling.
Koptekst/voettekst
De kop- en voettekstgegevens en de locatie van deze gegevens op de pagina opgeven.
Maak een keuze uit de volgende opties voor de locatie:
Overlay
De overlaytekst opgeven die wordt afgedrukt op elke pagina van de kopieertaak.
Aangepaste overlay
Een aangepaste overlaytekst opgeven.
Opmerking: er zijn maximaal 64 tekens toegestaan.
Kopieën met prioriteit toestaan
Toestaan dat afdruktaak wordt onderbroken voor het kopiëren van een pagina of document.
Aangepaste taak scannen
Een document met verschillende papierformaten kopiëren met één kopieertaak.
Opslaan als snelkoppeling toestaan
De aangepaste kopieerinstellingen opslaan als snelkoppelingen.
Achtergrond verwijderen
Instellen hoeveel van de achtergrond zichtbaar is op een kopie.
Opmerking: 0 is de standaardinstelling.
Automatisch centreren
De inhoud automatisch centreren op de pagina.
Kleur wegfilteren
Opgeven welke kleur tijdens het scannen wordt weggefilterd en in de filterinstelling aanpassen voor elke kleurdrempel.
Contrast
Het contrast voor de kopieertaak opgeven.
Opmerking: “Beste instelling voor inhoud” is de standaardinstelling.
Spiegelbeeld
Een spiegelbeeld maken van het originele document.
Negatief afbeelding
Een negatieve afbeelding van het originele document maken.
Schaduwdetail
De zichtbaarheid van de schaduwdetails op een kopie aanpassen.
Sensor ADI-univ.lader
Detecteren wanneer de ADI meer dan één vel papier tegelijk pakt.
Rand tot rand scannen
Rand‑tot‑rand scannen instellen van het oorspronkelijke document.
Scherpte
De scherpte van een kopie instellen.
Opmerking: 3 is de standaardinstelling.
Voorbeeldkopie
Een voorbeeldkopie van het originele document maken.