Skip to Content Information Center
Lexmark MX811

Lexmark MX811

Menu Serieel [x]

Opmerking:  Dit menu verschijnt alleen als een optionele, seriële kaart is geïnstalleerd.

OptieFunctie

    PCL SmartSwitch

  • Aan
  • Uit

Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PCL-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal.

Opmerkingen:

  • Aan is de standaardinstelling.
  • Als deze instelling is ingesteld op Uit, controleert de printer de binnenkomende gegevens niet. De printer gebruikt PostScript-emulatie als de PS-SmartSwitch is ingesteld op Aan. Als PS SmartSwitch is ingesteld op Uit, wordt de standaardprintertaal gebruikt die in het menu Instellingen is opgegeven.

    PS SmartSwitch

  • Aan
  • Uit

Printer zo instellen dat deze automatisch overschakelt op PS-emulatie als dit door een afdruktaak op een seriële poort wordt vereist, ongeacht de standaardprintertaal.

Opmerkingen:

  • Aan is de standaardinstelling.
  • Als deze instelling is ingesteld op Uit, controleert de printer de binnenkomende gegevens niet. De printer gebruikt PS-emulatie als de PCL SmartSwitch is ingesteld op Aan. Als PCL SmartSwitch is ingesteld op Uit, wordt de standaardprintertaal gebruikt die in het menu Instellingen is opgegeven.

    NPA-modus

  • Aan
  • Uit
  • Automatisch

Instellen of de printer de speciale verwerking voor bidirectionele communicatie moet uitvoeren, zoals gedefinieerd in de specificaties van het NPA-protocol.

Opmerkingen:

  • Automatisch is de standaardinstelling. Met Automatisch controleert de printer gegevens, stelt de indeling vast en verwerkt de gegevens vervolgens op de juiste manier.
  • Als deze instelling is ingesteld op Aan, voert de printer NPA-verwerking uit. Als de gegevens niet een NPA-indeling hebben, worden deze als onverwerkbaar beschouwd en verwijderd.
  • Als deze instelling is ingesteld op Uit, voert de printer geen NPA-verwerking uit.
  • Als u deze instelling wijzigt met het bedieningspaneel van de printer en vervolgens de menu's afsluit, wordt de printer opnieuw opgestart. De menu-instelling wordt bijgewerkt.

    Seriële buffer

  • Uitgeschakeld
  • Automatisch
  • 3 KB tot [maximum toegestane grootte]

De grootte van de seriële invoerbuffer instellen.

Opmerkingen:

  • Automatisch is de standaardinstelling.
  • Met de waarde Uitgeschakeld schakelt u het opslaan van taken in de buffer uit. Afdruktaken die al in de schijfbuffer zijn opgenomen, worden afgedrukt voordat het normaal verwerken van nieuwe afdruktaken wordt hervat.
  • De instelling van de waarde van de seriële buffer kan in stappen van 1 kB worden aangepast.
  • De toegestane maximumgrootte is afhankelijk van de hoeveelheid geheugen in de printer, de grootte van de andere koppelingsbuffers en de instelling van menu-item Bronnen opslaan (Aan of Uit).
  • Als u het maximale bereik van de seriële buffer wilt vergroten, kunt u de parallelle buffers, seriële buffers en netwerkbuffers uitschakelen of kleiner maken.
  • Als u deze instelling wijzigt met het bedieningspaneel van de printer en vervolgens de menu's afsluit, wordt de printer opnieuw opgestart. De menu-instelling wordt bijgewerkt.

    Taken in buffer

  • Uit
  • Aan
  • Automatisch

Afdruktaken tijdelijk opslaan op de vaste schijf van de printer voordat deze worden afgedrukt.

Opmerkingen:

  • Uit is de standaardinstelling. De printer buffert de afdruktaken niet op de vaste schijf van de printer.
  • Als Aan is ingesteld, worden afdruktaken op de vaste schijf van de printer opgeslagen.
  • Afdruktaken worden alleen automatisch opgeslagen in de buffer als de printer bezig is met de verwerking van gegevens vanaf een andere invoerpoort.
  • Als u deze instelling wijzigt met het bedieningspaneel van de printer en vervolgens de menu's afsluit, wordt de printer opnieuw opgestart. De menu-instelling wordt bijgewerkt.

    Protocol

  • DTR
  • DTR/DSR
  • XON/XOFF
  • XON/XOFF/DTR
  • XONXOFF/DTRDSR

De instellingen van de hardware- en software-handshaking voor de seriële poort selecteren.

Opmerkingen:

  • DTR is de standaardinstelling.
  • DTR/DSR is een instelling voor hardware-handshaking.
  • XON/XOFF is een instelling voor software-handshaking.
  • XON/XOFF/DTR en XON/XOFF/DTR/DSR zijn instellingen voor gecombineerde hardware- en software-handshaking.

    Robust XON

  • Aan
  • Uit

Bepalen of de beschikbaarheid van de printer wordt gemeld aan de computer.

Opmerkingen:

  • Uit is de standaardinstelling.
  • Dit menu-item is alleen van toepassing op de seriële poort als Serieel protocol is ingesteld op XON/XOFF.

    Baud

  • 1200
  • 2400
  • 4800
  • 9600
  • 19200
  • 38400
  • 57600
  • 115200
  • 138200
  • 172800
  • 230400
  • 345600

Instellen met welke snelheid gegevens via de seriële poort kunnen worden ontvangen.

Opmerkingen:

  • 9600 is de standaardinstelling.
  • De baudwaarden 138200, 172800, 230400 en 345600 worden alleen weergegeven in het menu Std. serieel. Deze instellingen worden niet weergegeven in de menu's Serieel optie 1, Serieel optie 2 of Serieel optie 3.

    Databits

  • 7
  • 8

Instellen hoeveel databits per transmissieframe worden verzonden.

Opmerking:  8 is de standaardinstelling.

    Pariteit

  • Even
  • Oneven
  • Geen
  • Negeren

De pariteit voor seriële in- en uitvoerframes instellen.

Opmerking:  Geen is de standaardinstelling.

    DSR honoreren

  • Aan
  • Uit

Bepalen of de printer al dan niet het DSR-signaal gebruikt.

Opmerkingen:

  • Uit is de standaardinstelling.
  • DSR is een handshaking-signaal dat wordt gebruikt door de meeste seriële kabels. DSR wordt door de seriële poort gebruikt om onderscheid te maken tussen gegevens die door de computer zijn verzonden en gegevens die zijn veroorzaakt door elektrische ruis in de seriële kabel. De elektrische ruis kan tot gevolg hebben dat er ongewenste tekens worden afgedrukt. Stel deze optie in op Aan om te voorkomen dat er ongewenste tekens worden afgedrukt.
Was dit artikel nuttig?
Top