Skip to Content Information Center
Lexmark Cloud Services

Lexmark Cloud Services

Informatie over het tabblad Agents

Op het tabblad Agents van het Fleet Management-portaal kunt u de agents beheren die u gebruikt om printers te detecteren en om printers aan te melden bij Lexmark Cloud Services.

Het tabblad Agents bestaat uit drie gedeelten.

  • Printer Agents: gebruik dit gedeelte om de Printer Agents te beheren die op uw printers worden uitgevoerd.
  • Fleet Agents: gebruik dit gedeelte om de Fleet Agents te beheren die op een server of hostcomputer worden uitgevoerd.
  • Native Agents: gebruik dit gedeelte om de Native Agents te beheren.
  • Lokale Agents: gebruik dit gedeelte om de Lokale Agents te beheren.

    Het gedeelte Printer Agents beheren

  1. Selecteer een organisatie in het Fleet Management-webportaal.

  2. Klik op Agents > Printer Agents (Agents > Printeragents).

  3. Voer een of meer van de volgende handelingen uit:

    Opmerking:  Als er geen printers zijn aangemeld, kunt u printers aanmelden met de Printer Enrollment Tool. Zie Printers aanmelden met de Printer Enrollment Tool voor meer informatie.

    • Als u de agentinstellingen wilt bewerken, selecteert u een agent en klikt u op Instellingen bewerken.
    • Als u de Printer Agent wilt bijwerken, selecteert u een agent en klikt u vervolgens op Bijwerken > Agentversie bijwerken.
    • Opmerking:  Wij raden u aan de Printer Agent bij te werken naar de huidige versie om alle functies van Cloud Fleet Management te ondersteunen.

    • Als u de referenties van de printerbeheerder voor de agent wilt bijwerken, selecteert u een agent en klikt u vervolgens op Bijwerken > Toegangsreferenties agent bijwerken.
    • Opmerkingen:

    • Klik op PET downloaden om de Printer Enrollment Tool te downloaden.
    • Als u printer agents met een specifieke status wilt weergeven, klikt u op Agentstatus en selecteert u een statusfilter.
    • Klik op Update beschikbaar > Ja om printeragents weer te geven waarvoor een update van de versie vereist is.

    Het gedeelte Fleet Agents beheren

  1. Selecteer een organisatie in het Fleet Management-webportaal.

  2. Klik op Agents > Fleet Agents.

  3. Voer een of meer van de volgende handelingen uit:

    Opmerking:  Als er geen agent wordt vermeld, maakt u een Fleet Agent aan. Zie Een Fleet Agent maken voor meer informatie.

    • Als u nog een Fleet Agent wilt maken, klikt u op Fleet Agent maken.
    • Als u de instellingen van een Fleet Agent wilt wijzigen, klikt u op de naam van de Fleet Agent.
    • Als u de Fleet Agent op uw server wilt bijwerken, selecteert u een Fleet Agent en klikt u vervolgens op Bijwerken > Fleet Agent.
    • Als u de Fleet Agent wilt bijwerken met de nieuwste ondersteunde printers, selecteert u een Fleet Agent en klikt u vervolgens op Update > Printerondersteuningsbibliotheek.
    • Klik op Agentstatus en selecteer een statusfilter om Fleet Agents met een specifieke status weer te geven.
    • Klik op Agentupdate > Ja om Fleet Agents weer te geven die moeten worden bijgewerkt.
    • Klik op Bibliotheekupdate > Ja om Fleet Agents weer te geven waarvoor een update van de bibliotheek met ondersteunde printers vereist is.

    Het gedeelte Native Agents beheren

  1. Klik in de Fleet Management-webportal op Agents > Native Agents.

  2. Voer een of meer van de volgende handelingen uit:

    Opmerking:  Als er geen agent wordt vermeld, meldt u printers aan. Afhankelijk van de firmwareversie kunt u printers aanmelden met de Printer Enrollment Tool of via het Native Agent-aanmeldproces. Zie Printers aanmelden met de Printer Enrollment Tool of De Native Agent gebruiken voor meer informatie.

    • Als u een ondersteunde printer wilt aanmelden met een door de printer gegenereerde aanmeldcode, klikt u op Aanmelden > Printer aanmelden en typt u de aanmeldcode.
    • Als u een ondersteunde printer vooraf wilt aanmelden, klikt u op Aanmelding > Vooraf aanmelden > Printers vooraf aanmelden.
      • Als u de aanmeldcode wilt bekijken, klikt u op Aanmelding > Vooraf aanmelden.
      • Opmerking:  Lexmark Cloud Services wijst één code voor vooraf aanmelden toe aan uw printerpark.

    • Als u de referenties van de printerbeheerder wilt bijwerken, selecteert u een printer en klikt u vervolgens op Toegangsreferenties bijwerken.
    • Klik op Agentstatus en selecteer een statusfilter om Native Agents met een specifieke status weer te geven.

    Het gedeelte Lokale Agents beheren

  1. Klik in de Fleet Management-webportal op Agents > Lokale Agents.

  2. Voer een of meer van de volgende handelingen uit:

    Opmerking:  Als er geen lokale agent wordt vermeld, downloadt, installeert en activeert u deze.

    • Klik op Activeringscode > Activeringscode genereren om de activeringscode weer te geven.
    • Opmerking:  U kunt het aantal agenten instellen dat met een code kan worden geactiveerd.

    • Als u lokale agents op basis van hun status wilt filteren, klikt u op Agentstatus en selecteert u een status.
    • Klik op Updates beschikbaar > Ja om lokale agents weer te geven waarvoor updates beschikbaar zijn.
    • Als u een lokale agent wilt bijwerken, selecteert u de agent en klikt u op Bijwerken.
Was dit artikel nuttig?
Top