8.01 | Sluit voorklep A. | Houd alle kleppen gesloten, tenzij u onderhoud uitvoert. |
9.00 | De printer moest opnieuw worden opgestart. De laatste taak is mogelijk niet voltooid. | Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. |
11,12, 11,22 | Vul [source] met [type] [size] [orientation]. | Plaats papier in de aangegeven lade. Zie Laden vullen voor meer informatie. |
11.91 | Vul de multifunctionele invoer met [type] [size]. | Open de mulitfunctionele invoer en plaats vervolgens papier. Zie De multifunctionele invoer vullen voor meer informatie. |
11.92 | Vul de multifunctionele invoer met [type] [size] [orientation]. | Open de mulitfunctionele invoer en plaats vervolgens papier. Zie De multifunctionele invoer vullen voor meer informatie. |
12,11, 12,21 | Wijzig [source] in [type] [size]. | Verwijder het papier uit de aangegeven lade en plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort. Zie Laden vullen voor meer informatie. |
12,12, 12,22 | Wijzig [source] in [type] [size] [orientation]. | Verwijder het papier uit de aangegeven lade en plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort. Zie Laden vullen voor meer informatie. |
12.91 | Wijzig de mulitfunctionele invoer in [type] [size]. | Verwijder het papier en plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort. Zie De multifunctionele invoer vullen voor meer informatie. |
12.92 | Wijzig de mulitfunctionele invoer in [type] [size] [orientation]. | Verwijder het papier en plaats papier van het juiste formaat en de juiste soort. Zie De multifunctionele invoer vullen voor meer informatie. |
29.08 | Verwijder de verpakking van de beeldverwerkingseenheid. |  Open klep A. Verwijder de beeldverwerkingseenheid. Verwijder de tonercartridge uit de beeldverwerkingseenheid. Verwijder het verpakkingsmateriaal. Druk de tonercartridge in de beeldverwerkingseenheid totdat deze vastklikt. Plaats de beeldverwerkingseenheid en sluit daarna de klep.
|
31.40z | Plaats ontbrekende of niet-reagerende zwarte cartridge terug. | Open klep A. Verwijder de beeldverwerkingseenheid. Verwijder de cartridge uit de beeldverwerkingseenheid. Waarschuwing: mogelijke beschadiging: De beeldverwerkingseenheid mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden. Waarschuwing: mogelijke beschadiging: Raak de trommel van de fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van toekomstige afdruktaken verminderen. Plaats de cartridge in de beeldverwerkingseenheid. Plaats de beeldverwerkingseenheid. Sluit de klep.
|
31.60z | Plaats de ontbrekende of niet-reagerende zwarte beeldverwerkingseenheid terug. | Open klep A. Verwijder de beeldverwerkingseenheid. Plaats de beeldverwerkingseenheid. Sluit de klep.
|
32.40z | Vervang niet-ondersteunde zwarte cartridge. | Raadpleeg Tonercartridge vervangen. |
32.60z | Vervang niet-ondersteunde zwarte beeldverwerkingseenheid. | Raadpleeg De beeldverwerkingseenheid vervangen. |
33.40 | Geen zwarte cartridge van Lexmark, raadpleeg de gebruikershandleiding. | Raadpleeg Supply van een ander merk dan Lexmark. |
33.60 | Zwarte beeldverwerkingseenheid van een ander merk dan Lexmark, raadpleeg de Gebruikershandleiding. |
37.3 | Onvoldoende geheugen, sommige onderbroken taken zijn verwijderd. | Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken. |
38.1 | Geheugen vol. | Probeer een of meer van de oplossingen: - Raak Taak annuleren aan om het bericht te wissen.
- Druk het document in verschillende delen af of stuur het naar een andere printer.
- Installeer meer printergeheugen.
|
39.1 | Complexe pagina, bepaalde gegevens worden mogelijk niet afgedrukt. | Probeer een of meer van de oplossingen: - Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen en door te gaan met afdrukken.
- Annuleer de huidige afdruktaak.
- Installeer meer printergeheugen.
- Verminder de complexiteit en de grootte van de afdruktaak voordat u deze opnieuw naar de printer stuurt.
- Verminder het aantal pagina's van de afdruktaak.
- Verminder het aantal en de grootte van gedownloade lettertypen.
- Verwijder onnodige lettertypen of macro's uit de afdruktaak.
- Verminder het aantal afbeeldingen van de afdruktaak.
|
42.xyK | Vervang zwarte cartridge, printerregio onjuist. | Raadpleeg Vervang cartridge, printerregio onjuist. |
43.40z | Vervang kapotte zwarte cartridge. | Raadpleeg Tonercartridge vervangen. |
43.40y | Probleem met zwarte cartridge. | Open klep A. Verwijder de beeldverwerkingseenheid. Verwijder de cartridge uit de beeldverwerkingseenheid. Waarschuwing: mogelijke beschadiging: De beeldverwerkingseenheid mag niet langer dan tien minuten worden blootgesteld aan licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden. Waarschuwing: mogelijke beschadiging: Raak de trommel van de fotoconductor niet aan. Dit kan de afdrukkwaliteit van toekomstige afdruktaken verminderen. Plaats de cartridge in de beeldverwerkingseenheid. Plaats de beeldverwerkingseenheid. Sluit de klep.
Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de cartridge. |
55.1 | Fout bij lezen van USB-station. Verwijder USB. | Verwijder het flashstation om door te gaan. |
55.2 | Fout bij lezen USB-hub. Verwijder hub. | Verwijder de USB-hub om door te gaan. |
61 | Schijf defect. | Vervang het defecte opslagstation. |
62 | Schijf vol. | Probeer een of meer van de oplossingen: - Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen.
- Verwijder lettertypen, macro's en andere gegevens van het intelligente opslagstation.
- Installeer een intelligent opslagstation.
|
63 | Formatteer de vaste schijf. | Als u nu formatteert, worden alle gegevens van het opslagstation gewist. Ga als volgt te werk om de schijf te formatteren: Tik in het startscherm op Instellingen > Apparaat > Onderhoud > Oud apparaat wissen. Tik op Intelligent opslagstation wissen en vervolgens op WISSEN.
|
71.01 | Naam faxstation is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder. | Raadpleeg De faxfunctie instellen met analoge fax. |
71.02 | Nummer faxstation is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder. |
71.03 | Geen analoge telefoonlijn aangesloten op de modem, fax is uitgeschakeld. | Controleer de verbinding en de lijn op een signaal. Zie Fax instellen met een vaste telefoonlijn voor meer informatie. |
71.06 | Kan geen verbinding maken met HTTPS-faxserver. | Verbinding met HTTPS-faxserver is verbroken. Controleer de internetverbinding van de printer. |
71.12 | Geheugen vol: kan geen faxen afdrukken. | Kies Alles afdrukken om zoveel faxen af te drukken als zijn opgeslagen. |
71.13 | Geheugen vol. Kan geen faxen verzenden. | Probeer een of meer van de oplossingen: - Ga verder en probeer de fax opnieuw te verzenden.
- Scan het originele document één pagina per keer, kies het faxnummer en scan vervolgens het document.
|
72.01 | SMTP-server voor e-mail is niet ingesteld. Raadpleeg de systeembeheerder. | Voer een van de volgende handelingen uit: |
84,00, 84,01, 84,02, 84,09 | Beeldverwerkingseenheid bijna leeg. | Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen. |
84,11, 84,12, 84,13, 84,19 | Beeldverwerkingseenheid bijna leeg. |
84,21, 84,22, 84,23, 84,29 | Beeldverwerkingseenheid vrijwel leeg. |
84,31, 84,32, 84,33 | Vervang de beeldverwerkingseenheid; aanbevolen levensduur overschreden. | Raadpleeg De beeldverwerkingseenheid vervangen. |
84,41, 84,42, 84,43 | Vervang de beeldverwerkingseenheid om door te gaan met afdrukken. |
88,00, 88,09 | Cartridge bijna leeg. | Raak Doorgaan aan om het bericht te wissen. |
88,10, 88,19 | Cartridge bijna leeg. |
88,20, 88,29 | Cartridge bijna leeg |
88,40, 88,48 | Vervang cartridge, 0 pagina's resterend. | Raadpleeg Tonercartridge vervangen. |
200.02, 200.05a, 200.05b, 200.05c, 200.05f, 200.05e, 200.12, 200.13, 200.15, 200.22, 200.23, 200.25, 200.91, 202.03, 202.13, 202.23, 202.93, 232.x5, 600.01, 600.02, 600.04, 600.05, 600.07, 600.07A, 600.07B, 600.07C, 600.08A, 600.08B, 600.08C, 600.08D, 600.09, 600.10, 600.11, 600.95, 611.02, 611.32, 611.33, 611.34, 611.35, 611.36, 611.37, 611.38, 621.01 | Papierstoring, [storing bovenkant]. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vast in de standaardlade. |
200,04, 200,14, 200,24, 202,05, 202,15, 202,25, 202,91 | Papierstoring, [storing bovenkant]. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vastgelopen in achterklep. |
200,06, 200.06e | Papierstoring, [storing bovenkant]. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vastgelopen in de multifunctionele invoer. |
232.x3 | Papierstoring, [storing bovenkant]. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vastgelopen in de duplexeenheid. |
242.26, 242.80, 242.81, 242.82, 242.83, 242.84, 242.85, 242.86, 600.06, 602.29, 662.23, 662.8x | Fout bij laden van papier, [storing bovenkant]. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vast in de optionele lade. |
280,11, 280,13, 280,15, 680,20 | Scannerstoring. [xxx.yy] | Raadpleeg Papier vastgelopen in de automatische documentinvoer. |