PS-fout afdrukken | Uit* Aan | Een pagina afdrukken met de beschrijving van de PostScript®-emulatiefout. Opmerking: als een fout optreedt, wordt het verwerken van taken stopgezet, drukt de printer een foutmelding af en wordt de rest van de afdruktaak verwijderd. |
Minimumlijndikte | 1–30 (2*) | Stel de minimale lijnstukbreedte in. Opmerking: Taken die worden afgedrukt in 1200 dpi gebruiken de waarde rechtstreeks. |
PS-opstartmodus vergrendelen | Uit Aan* | Het bestand SysStart uitschakelen. Opmerking: Als u het SysStart-bestand inschakelt, loopt uw printer of netwerk een beveiligingsrisico. |
Afbeelding gladmaken | Uit* Aan | Het contrast en de scherpte verbeteren van afbeeldingen met een lage resolutie. Opmerking: Deze instelling is niet van invloed op afbeeldingen met een resolutie van 300 dpi of hoger. |
Voorkeurslettertype | Resident* Flash/schijf | De volgorde instellen waarin de printer lettertypen zoekt. Opmerkingen: - Bij Resident zoekt de printer eerst in het geheugen naar het gewenste lettertype en daarna op het opslagstation.
- Wanneer Flash/schijf is geselecteerd, zoekt de printer eerst op het opslagstation naar het gewenste lettertype en daarna in het printergeheugen.
- Dit menu verschijnt alleen als een opslagstation is geïnstalleerd.
|
Wachttime-out | Uit Aan* | Schakel in dat de printer wacht op meer gegevens voordat een afdruktaak wordt geannuleerd. Opmerking: Wanneer Aan is geselecteerd, is 40 seconden de standaardinstelling. |